Het Hospitaal herbergt een heel mooie verzameling medische en farmaceutische objecten, deels uit eigen collectie maar ook aanwinsten van de laatste jaren.
Au départ, l’Hôpital est une institution caritative, comme l’indique l’origine étymologique de son nom (hospitalité). Aanvankelijk is het Hospitaal een caritatieve instelling zoals de etymologische oorsprong van zijn naam aanduidt (hospitalité = gastvrijheid). Men brengt er de werken van barmhartigheid in de praktijk. Voor de zusters die in het begin in deze instelling gevestigd zijn en bij het ziekbed van de arme zieken zitten, primeren de zorgen voor de ziel boven die voor het lichaam. De vermedicalisering, de toename van de medische voorzieningen in de hospitalen en de laïcisering van hun personeel gebeuren maar geleidelijk.
De humorale geneeskunde
Deze collecties verschaffen ons een precies beeld van de behandelingen en de verzorging van de zieken in de loop der eeuwen. Zeker tot eind 18e eeuw interpreteerden de dokters het voorkomen en de evolutie van de ziekten op basis van de fameuze “humorentheorie”. Volgens deze theorie uit de Oudheid stromen door het lichaam verschillende vochten (humores): gele gal, zwarte gal (zwartgalligheid, melancholie), bloed en slijm, die door verschillende organen worden geproduceerd, nl. de lever, milt, hart en de hersenen. Bij ieder mens domineert één vocht dat zijn temperament bepaalt: opvliegend, flegmatisch, piekeraar, zwartgallig (melancholisch). Bovendien stemt elk vocht overeen met bepaalde eigenschappen (warm, koud, droog en vochtig). Ziekten ontstaan door een onevenwicht tussen deze vochten, die elkaar bederven en het lichaam ziek maken. Om het lichaam weer gezond te maken, moet het fragiele evenwicht tussen de “humores” worden hersteld. De tussenkomst van de dokter blijft beperkt tot de diagnose en de keuze van de therapie.
De chirurgische collecties
Met verschillende therapieën zoals de aderlating, de toediening van braakmiddelen en lavementen kon het lichaam worden gezuiverd en de bedorven lichaamssappen worden geëlimineerd. Aderlatingen worden uitgevoerd door chirurgijnen, lavementen door apothekers. Het is de taak van deze laatsten, op voorschrift van de dokter, het adequaatste purgeermiddel samen te stellen.
Lange tijd werd de chirurgie met een scheef oog bekeken, ondergewaardeerd en overgelaten aan barbier-chirurgijnen. Ambroise Paré (1510-1590) was één der eersten die de chirurgie haar adelbrieven heeft bezorgd. Het museum van het Hospitaal bezit een merkwaardige collectie instrumententassen die de evolutie van de operatietechnieken perfect illustreren.
De farmaceutische collecties
Wat de apotheek van het Hospitaal betreft, die dateert uit de 19e eeuw. Het is mogelijk, dat de zusters reeds in de 18e eeuw over een apotheek beschikten, toen de scheikunde een spectaculaire vooruitgang zou boeken. Voordien werd het merendeel van de remedies natuurlijk in de keuken bereid volgens het gezegde van Hippocrates: “Je voeding moet je eerste, je belangrijkste medicament zijn.”
De Hospitaalapotheek is gelukkig goed bewaard gebleven, zowel de kasten (19e eeuw) als de inboedel. Potten, flacons en andere vijzels en stampers (18e, 19e eeuw) versieren nu nog de zaal. Het is meer dan waarschijnlijk dat de apotheek van het ziekenhuis erg lang actief was, tot de jaren 1940.
In de nieuwe scenografie hebben de farmaceutische collecties een plaats van keuze gevonden, niet minder dan 3 kamers zijn aan deze wetenschap gewijd.